Makhtesh Ramon is de grootste van Israëls bizarre geologische formaties die makhteshim (letterlijk: “kraters”) worden genoemd.
Vele jaren werd gedacht dat het een inslagkrater was, het resultaat van een meteoor die in botsing kwam met de woestijnen van Zuid-Israël, maar geologen begonnen inconsistenties op te merken tussen de makhtesh en normale kraterformaties. Na een lang en moeizaam onderzoek werd de boosdoener onthuld: erosie.
Duizenden jaren geleden lagen de woestijnen van Zuid-Israël op de bodem van een uitgestrekte, oerzee. Toen deze opdroogde, begon de harde buitenkorst van de zeebodem af te slijten, waardoor de zachte binnenkant bloot kwam te liggen. Dit binnenste erodeerde snel totdat de harde korst instortte, waardoor de kraterachtige vallei ontstond die we vandaag de dag zien. Sindsdien hebben twee seizoensgebonden rivieren, Nahal Ramon en Nahal Ardon, zich elk regenseizoen gevormd, verder uithalend aan de rots en Ramon zijn kenmerkende hartvorm gevend. Vandaag de dag is Makhtesh Ramon, met een lengte van 40 km en een breedte van 2-10 km, het grootste nationale park van Israël, het Ramon Natuurreservaat. Expedities kunnen worden ondernomen vanuit de enige stad in de vallei, Mitzpe Ramon (“Ramon Observatie Punt”), aan de noordelijke rand, hoewel bezoekers er rekening mee moeten houden dat ze uit de ongelooflijke hitte van het midden van de dag blijven. Rappellen wordt af en toe gedaan in de kliffen direct achter het bezoekerscentrum in Mitzpe Ramon. Zorg ervoor dat je erbij bent als er een gepland staat tijdens je bezoek!
Makhtesh Ramon heeft ook een van de meest intrigerende biodiversiteit in de Israëlische woestijn. Steenbokken, stekelvarkens, gazellen, wilde ezels, hyena’s, hyraxen en een paar Arabische luipaarden leven allemaal in Makhtesh Ramon, naast talloze kleinere hagedissen en knaagdieren.
Staonds zouden wandelaars gebruik moeten maken van een van de vele hotels die door lokale bedoeïenenhoeders zijn opgezet, waar bezoekers in handgeweven tenten kunnen slapen terwijl ze genieten van de wereldberoemde zwarte bedoeïenenkoffie en de koele woestijnlucht. Minstens één nacht blijven is een must – ver van de stadslichten wordt gezegd dat de sterren in Makhtesh Ramon zo schitterend zijn dat ze “je geloof in God kunnen herstellen.”
Andere must-sees zijn Giv’at Ga’ash, een pikzwarte voormalige vulkaan die uit de kraterbodem oprijst, een paar verspreide Romeinse ruïnes waarnaar de makhtesh is genoemd (Romeins, Ramon), en Wadi Nikarot (“Grotto Riverbed”), een droge rivierbedding geflankeerd door spectaculaire grotformaties die zijn uitgegraven door de snelstromende rivieren in de lente. Maar wandel op eigen risico – overstromingen zijn bekend om onoplettende wandelaars te doden.