Overzicht
Herpetic whitlow-ook wel digitale herpes simplex, vingerherpes, of handherpes genoemd-is een pijnlijke virale infectie die op de vingers of rond de vingernagels voorkomt. Herpetische whitlow wordt veroorzaakt door infectie met het herpes simplex virus (HSV).
Infecties met HSV zijn zeer besmettelijk en worden gemakkelijk verspreid door direct contact met geïnfecteerde huidlaesies. HSV-infectie verschijnt meestal als kleine blaasjes of zweertjes rond de mond, neus, genitaliën en billen, hoewel infecties zich bijna overal op de huid kunnen ontwikkelen. Bovendien kunnen deze gevoelige zweertjes regelmatig terugkeren op dezelfde plaatsen.
Er zijn 2 soorten HSV: herpes simplex virus type 1 (HSV-1) en herpes simplex virus type 2 (HSV-2). HSV-1-infecties komen meestal voor rond de mond, lippen, neus of het gezicht, terwijl HSV-2-infecties meestal de genitaliën of billen betreffen. HSV-1 kan echter soms infecties in de genitaliën of billen veroorzaken, terwijl HSV-2 af en toe infecties rond de mond, lippen, neus of gezicht kan veroorzaken.
Beide typen HSV veroorzaken 2 soorten infecties: primaire en recidiverende. Omdat het zo besmettelijk is, veroorzaakt het herpes simplex virus een primaire infectie bij de meeste mensen die aan het virus worden blootgesteld. Echter, slechts ongeveer 20% van de mensen die een primaire infectie met het herpes simplex virus hebben, ontwikkelen ook daadwerkelijk zichtbare blaren of zweren. De zweertjes van een primaire infectie verschijnen 2-20 dagen na de eerste blootstelling aan HSV en duren ongeveer 1-3 weken. Deze zweertjes genezen volledig en laten zelden een litteken achter. Desondanks blijft het virus in het lichaam, in winterslaap in zenuwcellen.
Zekere triggers kunnen ervoor zorgen dat het virus in winterslaap (latent) wakker wordt, actief wordt, en terug naar de huid gaat. Deze terugkerende herpes simplex virus infecties kunnen zich regelmatig (om de paar weken) ontwikkelen, of ze kunnen zich nooit ontwikkelen. Terugkerende infecties zijn meestal milder dan primaire infecties en treden meestal op dezelfde plaats op als de primaire infectie.
Mensen ontwikkelen herpetische whitlow wanneer ze in contact komen met gebieden die al geïnfecteerd zijn met HSV, hetzij op hun eigen lichaam of op het lichaam van iemand anders. Meestal is er een breuk in de huid, vooral een gescheurde nagelriem aan de basis van de vingernagel, waardoor het virus het vingerweefsel kan binnendringen en een infectie kan veroorzaken. HSV-1 veroorzaakt ongeveer 60% van de herpetische whitlow infecties, terwijl HSV-2 de overige 40% veroorzaakt.