Schizofrenie – een van de vele ernstige mentale stoornissen met symptomen als hallucinaties, ongeorganiseerd denken, terugtrekking uit de realiteit of bizar gedrag – ontstaat door voortijdige aftakeling van de hersenen. Deze verslechtering is gewoonlijk het gevolg van genetische aanleg in combinatie met stress, maar kan worden versneld door ziekten of parasieten van buitenaf. Schizofrenie treft slechts 1% van de bevolking, hoewel veel mensen er aanleg voor hebben maar nooit genoeg aan stress worden blootgesteld om symptomen te vertonen. Hoe kunnen katten een rol spelen bij zoiets gecompliceerds?
Welnu, zo blijkt, een van die potentieel versnellende parasieten kan worden gevonden bij onze katachtige vrienden. Toxoplasma gondii, kortweg T. gondii, is een parasiet die leeft in rauw vlees en sommige tuingronden. Katten raken ermee besmet door het eten van prooidieren van buitenaf en kunnen het vervolgens via hun uitwerpselen en kattenbakken doorgeven aan mensen. Dus, maakt het hebben van een kat je vatbaar voor schizofrenie?
Dat is juist het ding-wetenschappers zijn nog steeds niet zeker. Hoewel er enkele studies zijn gedaan, is er geen een die uitsluitsel geeft. De huidige consensus is dat er een duidelijke correlatie is tussen katten en schizofrenie, maar het is onwaarschijnlijk dat de dieren een oorzakelijke factor zijn in de ontwikkeling van de stoornis. Kortom, katten veroorzaken waarschijnlijk niet dat iemand schizofrenie ontwikkelt. De T. gondii die in sommige katten wordt aangetroffen kan cysten veroorzaken die een voortijdige achteruitgang van de hersenen versnellen, maar een dergelijke achteruitgang kan alleen optreden bij personen die aanleg hebben voor schizofrenie.