Reizen gaat terug tot de oudheid, toen rijke Grieken en Romeinen voor hun vrije tijd naar hun zomerhuizen en villa’s in steden als Pompeii en Baiae reisden. Hoewel reizen in het begin trager en gevaarlijker was en meer werd beheerst door handel en migratie, is reizen door de culturele en technologische vooruitgang in de loop der jaren gemakkelijker en toegankelijker geworden. De mensheid heeft een lange weg afgelegd op het gebied van vervoer sinds Christoffel Columbus in 1492 vanuit Spanje naar de nieuwe wereld voer, een expeditie die meer dan 10 weken in beslag nam om op de eindbestemming aan te komen; tot de 21e eeuw waar vliegtuigen het mogelijk maken om van de ene dag op de andere van Spanje naar de Verenigde Staten te reizen.
Het reizen in de Middeleeuwen ging gepaard met ontberingen en uitdagingen, maar het was belangrijk voor de economie en de samenleving. De groothandel was (bijvoorbeeld) afhankelijk van kooplieden die handel dreven met/via karavanen of zeereizigers, de detailhandel voor eindgebruikers vereiste vaak de diensten van vele rondtrekkende marskramers die van dorp naar gehucht trokken, gyrovagues (rondtrekkende monniken) en rondtrekkende broeders brachten theologie en pastorale steun naar verwaarloosde gebieden, rondreizende minstrelen beoefenden de nooit eindigende tournee, en legers trokken van heinde en verre in diverse kruistochten en in diverse andere oorlogen.Zowel in de Europese als in de Islamitische wereld waren pelgrimstochten gebruikelijk en waren er stromen reizigers, zowel lokaal (Canterbury Tales-stijl) als internationaal.
In de late 16e eeuw werd het mode voor jonge Europese aristocraten en gefortuneerde mannen uit de hogere klasse om naar belangrijke Europese steden te reizen als onderdeel van hun opleiding in kunst en literatuur. Dit stond bekend als de Grand Tour en omvatte steden als Londen, Parijs, Venetië, Florence en Rome. De Franse Revolutie maakte echter een einde aan de Grand Tour.
Reizen over water bood vaak meer comfort en snelheid dan reizen over land, althans tot de komst van een netwerk van spoorwegen in de 19e eeuw. Het reizen voor toeristische doeleinden zou rond deze tijd zijn begonnen, toen de mensen voor hun plezier begonnen te reizen, omdat reizen niet langer een zware en uitdagende taak was. Hierop werd ingespeeld door mensen als Thomas Cook, die toeristische pakketten verkocht waarbij treinen en hotels samen werden geboekt. In de 20e eeuw namen luchtschepen en vliegtuigen een groot deel van het langeafstandsverkeer over, met name na de Tweede Wereldoorlog, toen er een overschot was aan vliegtuigen en piloten. In de 21e eeuw is reizen per vliegtuig zo alomtegenwoordig geworden dat een vrouw, Alexis Alford, vóór haar 21e alle 196 landen heeft bezocht.