Doel: Nagaan of protonpompremmers effectiever zijn dan H2-antagonisten (H2-A) bij de behandeling van bloedend peptisch ulcus.
Gegevensbronnen: PubMed database tot januari 2000.
Selectie van studies: Vergelijkende gerandomiseerde trials van protonpompremmers (omeprazol, lansoprazol, of pantoprazol) vs. H2-A (cimetidine, ranitidine of famotidine).
Gegevensextractie: Meta-analyse waarbij de odds ratio’s (OR) van de afzonderlijke studies werden gecombineerd tot een globale OR (Peto-methode). GEËVALUEERDE UITKOMSTEN: Aanhoudende of terugkerende bloedingen, noodzaak tot chirurgie, of mortaliteit.
Conclusies: Protonpompremmers zijn effectiever dan H2-A in het voorkomen van persisterende of recidiverende bloedingen als gevolg van een peptisch ulcus, hoewel dit voordeel duidelijker lijkt te zijn bij patiënten die geen adjuvante sclerosetherapie hebben. Dit gunstige effect lijkt vergelijkbaar of zelfs groter te zijn bij patiënten met ulcera van Forrest Ia, Ib of IIa. Protonpompremmers zijn echter niet doeltreffender dan H2-A wat de vermindering van het aantal operaties of het sterftecijfer betreft. Niettemin zijn de gegevens te schaars en heterogeen om definitieve conclusies te trekken, en verdere vergelijkende trials zijn duidelijk gerechtvaardigd.