Inleiding
Omdat prijsconcurrentie slechts tot op zekere hoogte kan gaan, gaan ondernemingen vaak over tot niet-prijsconcurrentie. Niet-prijsconcurrentie is een marketingstrategie “waarbij een onderneming haar product of dienst tracht te onderscheiden van concurrerende producten op basis van attributen zoals design en vakmanschap. ”
De onderneming kan haar productaanbod ook onderscheiden door kwaliteit van de dienstverlening, uitgebreide distributie, klantgerichtheid, of een ander duurzaam concurrentievoordeel anders dan de prijs.
Amazon.com
Amazon.com maakt winkelen en het onderzoeken van producten, prijzen, en de betrouwbaarheid van verkopers snel en gemakkelijk voor haar klanten. De prijzen zijn laag, maar niet noodzakelijkerwijs de laagste.
Het idee is om te proberen consumenten ervan te overtuigen dat ze deze producten moeten kopen, niet alleen omdat ze goedkoper zijn, maar omdat ze op de een of andere manier beter zijn dan die van concurrenten.
Het kan worden gecontrasteerd met prijsconcurrentie, waarbij een bedrijf probeert zijn product of dienst van concurrerende producten te onderscheiden op basis van een lage prijs.
De voordelen van niet-prijsconcurrentie
Niet-prijsconcurrentie gaat meestal gepaard met promotionele uitgaven (zoals reclame, verkooppersoneel, het gemak van de locaties, verkoopbevorderende acties, coupons, speciale bestellingen of gratis geschenken), marketingonderzoek, ontwikkeling van nieuwe producten en kosten voor merkbeheer.
Firma’s zullen zich bezighouden met niet-prijsconcurrentie, ondanks de extra kosten die dit met zich meebrengt, omdat het meestal winstgevender is dan verkopen tegen een lagere prijs en het risico van een prijzenoorlog vermijdt. Zo worden van merkproducten vaak meer eenheden verkocht dan van hun generieke tegenhangers, ook al zijn deze doorgaans duurder. Niet-prijsconcurrentie kan ook innovatie bevorderen, omdat bedrijven proberen hun product te onderscheiden.
Hoewel elk bedrijf een strategie van niet-prijsconcurrentie kan gebruiken, komt deze het meest voor bij oligopolies en monopolistische concurrentie, omdat deze bedrijven extreem concurrerend kunnen zijn.