Een hypothese is een voorspelling van de uitkomst van een proef. Zij vormt de basis voor het ontwerpen van een experiment in de wetenschappelijke methode. Een goede hypothese is toetsbaar, dat wil zeggen dat ze een voorspelling doet die je kunt controleren met waarnemingen of proeven. Hier volgen verschillende hypothesevoorbeelden.
Nulhypothese Voorbeelden
De nulhypothese (H0) is ook bekend als de nulverschilhypothese of geen-verschilhypothese. Ze voorspelt dat het veranderen van een variabele (onafhankelijke variabele) geen effect zal hebben op de gemeten variabele (afhankelijke variabele).
- De groei van planten wordt niet beïnvloed door de temperatuur.
- Als je de temperatuur verhoogt, zal de oplosbaarheid van zout toenemen.
- De incidentie van huidkanker houdt geen verband met de blootstelling aan ultraviolet licht.
- Alle merken gloeilampen gaan even lang mee.
- Katten hebben geen voorkeur voor de kleur van kattenvoer.
- Alle madeliefjes hebben hetzelfde aantal bloemblaadjes.
Soms wordt de nulhypothese gebruikt om aan te tonen dat er een correlatie is tussen twee variabelen. Bijvoorbeeld, als je vermoedt dat de groei van planten wordt beïnvloed door de temperatuur, zou je de nulhypothese kunnen stellen. Waarom zou je dit doen, in plaats van te zeggen “Als je de temperatuur verandert, zal de plantengroei worden beïnvloed”? Het antwoord is dat het gemakkelijker is om een statistische test toe te passen om aan te tonen, met een hoge mate van betrouwbaarheid, of een nulhypothese juist of onjuist is.
Voorbeelden van onderzoekshypothesen
Een onderzoekshypothese (H1) is een type hypothese dat wordt gebruikt om een experiment op te zetten. Dit type hypothese wordt vaak geschreven als een als-dan verklaring, omdat het gemakkelijk is om de onafhankelijke en afhankelijke variabelen te identificeren en te zien hoe de een de ander beïnvloedt. Als-dan verklaringen worden gebruikt om oorzaak en gevolg te onderzoeken. In andere gevallen wordt de hypothese geformuleerd om een correlatie tussen twee variabelen aan te tonen. Hier volgen enkele voorbeelden van onderzoekshypothesen:
- Als je het licht laat branden, duurt het langer voordat mensen in slaap vallen.
- Als je appels in de koelkast legt, zullen ze langer meegaan voordat ze bederven.
- Als je de gordijnen dicht laat, dan zal er minder elektriciteit gebruikt worden om het huis te verwarmen of te koelen (elektriciteitsrekening zal lager uitvallen).
- Als je een emmer water onbedekt laat staan, dan zal deze sneller verdampen.
- Goudvissen verliezen hun kleur als ze niet aan licht worden blootgesteld.
- Werknemers die vakantie nemen, zijn productiever dan degenen die nooit vrij nemen.
Is het goed om een hypothese te weerleggen?
Ja! Je kunt er zelfs voor kiezen om je hypothese zo te schrijven dat hij kan worden weerlegd, omdat het gemakkelijker is om te bewijzen dat een bewering fout is dan om te bewijzen dat hij goed is. In andere gevallen, als je voorspelling onjuist is, wil dat niet zeggen dat de wetenschap slecht is. Het herzien van een hypothese is gebruikelijk. Het laat zien dat je iets hebt geleerd wat je nog niet wist voordat je het experiment uitvoerde.
Test jezelf met een Wetenschappelijke Methode Quiz