“Rustig maar, je redt geen levens.”
Dat is waarschijnlijk wat je hoort van onbehulpzame vrienden als je opschept over hoeveel je wel niet moet doen op je werk of hoe gestrest je wel niet bent.
En je kunt er niet echt tegenin gaan. We weten allemaal dat artsen het ultieme symbool van hard werken zijn – ze maken lange, slopende uren, ze brengen enorme offers, en ze worden dagelijks geconfronteerd met een aantal van de moeilijkste beslissingen en omstandigheden.
Maar zelfs zij begrijpen dat er een grens is aan hoeveel je aan je werk geeft. In een recent LinkedIn-artikel legt Louis M. Profeta, een spoedarts, een veelzeggende verklaring af aan alle werknemers, zelfs aan mensen in zijn eigen vakgebied:
“Het is maar een baan.”
Ja, je leest die vier woorden goed. Hij vindt dat wat je ook doet, hoe “belangrijk” je baan ook lijkt, het mag niet bepalen wie je bent: “Hoewel ik tijdens mijn toespraak voorafging door uit te wijden en te zeggen dat geneeskunde een zeer lonende carrièrekeuze is, benadrukte ik dat het niet ons leven is. Ik probeerde uit te drukken dat het gewoon een prachtige, wonderbaarlijke en mystieke weg is die ons de mogelijkheid biedt om zinvol werk na te streven, een goed inkomen te verdienen, onze gezinnen te ondersteunen en een baan te doen die ons in staat stelt veel magische dingen te zien en te doen.”
Zoals Muse oprichter en COO Alex Cavoulacos zegt, we leven in een wereld die vermoeidheid verheerlijkt als een “eremedaille,” terwijl “als je slaapt in plaats van werkt, nou je zou net zo goed een zielloze corporate drone kunnen zijn met geen begrip van wat het betekent om gepassioneerd te zijn over wat je doet.”
Maar ons succes afmeten aan hoeveel slaap we missen, hoeveel emotionele onrust we ervaren, of hoeveel van onszelf we opgeven voor ons werk is niet alleen verkeerd – het is ongezond. Zeker, je moet gepassioneerd zijn over je werk, maar tegen welke prijs?
Profeta benadrukt tegen collega’s in zijn vakgebied dat ze niet hoeven te lijden omwille van hun patiënten: “Onze rol is er te zijn, troost te bieden, lijden te verlichten, te luisteren en betrokken te zijn. We hoeven niet alles visceraal te voelen, maar er zullen zeker momenten zijn waarop we echt verbonden zijn en dat zullen we ook zijn. Maar het is ook OK als we dat niet doen.”
Ook hoeven we niet altijd al onze energie en passie in onze carrière te stoppen. Het is normaal om dagen te hebben waarop je het even niet meer ziet zitten. Het is belangrijk om vrij te nemen wanneer dat nodig is om te voorkomen dat je opbrandt. En het is belangrijk om voorrang te geven aan zaken als tijd doorbrengen met je geliefden of actief en gezond blijven boven je carrière.
Het punt? Het is OK om egoïstisch te zijn en voor jezelf te zorgen – zelfs als arts – als je daardoor uiteindelijk beter werk levert.