Knave of coins van het oudst bekende Europese kaartspel (ca.1390-1410).
De vroegste voorganger van de knave was de thānī nā’ib (tweede of onder-deputy) in het Mamluk kaartspel. Dit was de laagste van de drie hofkaarten en zoals alle hofkaarten werd deze afgebeeld door middel van abstracte kunst of kalligrafie. Toen de thānī nā’ib naar Italië en Spanje werd overgebracht, werd het een infanteriesoldaat of page die onder de ridderkaart stond. In Frankrijk, waar de kaart valet werd genoemd, werd de koningin tussen de koning en de ridder geplaatst. De ridder werd later weggelaten uit niet-Tarot speelkaarten, waardoor de lijfknecht direct onder de koningin kwam te staan. Het koning-koningin-valet formaat vond vervolgens zijn weg naar Engeland.
Zo vroeg als het midden van de 16de eeuw was de kaart in Engeland bekend als de knave (wat betekent een mannelijke dienaar van het koningschap). Hoewel jack algemeen gebruikt werd om de knave aan te duiden, werd de term meer ingeburgerd toen, in 1864, de Amerikaanse kaartenmaker Samuel Hart een kaartspel publiceerde met “J” in plaats van “Kn” om de laagst gerangschikte hofkaart aan te duiden. De knave kaart werd al sinds de 17de eeuw een jack genoemd als onderdeel van de terminologie van het spel All Fours, maar dit gebruik werd beschouwd als gewoon of low class. Maar omdat de afkorting van de kaart voor de boer zo dicht bij die van de koning lag (“Kn” tegenover “K”), werden de twee gemakkelijk verward. Deze verwarring werd nog groter toen de aanduidingen van de kleuren en rangen naar de hoeken van de kaart werden verplaatst, waardoor de spelers een hand kaarten konden “waaieren” zonder de individuele kleuren en rangen te verbergen. Het vroegst bekende kaartspel van dit type dateert van 1693, maar een dergelijke positionering werd pas wijdverbreid toen Hart het in 1864 opnieuw introduceerde, samen met de verandering van boer naar boer. In boeken over kaartspelen die in het derde kwart van de 19de eeuw werden gepubliceerd, werd echter nog steeds verwezen naar de “knave”, een term die in het Verenigd Koninkrijk nog steeds wordt erkend. (Let op de uitroep van Estella in Charles Dickens’ roman Great Expectations: “He calls the knaves, jacks, this boy!”)