Amandelen zijn steenvruchten (aangezien ze de pit van een vrucht zijn) en komen oorspronkelijk uit Azië; tegenwoordig groeien ze ook in Spanje, Amerika (Californië) en Italië. De consumptie van amandelen was vroeger zeer populair voor de genezing van ziekten van mensen die een goed leven leidden. Koks van koninklijke families voegden amandelen toe aan het eten, zodat de zware maaltijden met vlees beter verteerbaar waren.
Rozenfamilie
Amandelen zijn lid van de rozenfamilie en worden daarom ook wel ‘De koningin van de rozenfamilie’ genoemd. Andere familieleden van de amandel zijn de perzik en de abrikoos. Amandelen werden duizenden jaren geleden al geteeld zonder dat ze een officiële naam hadden. Het heeft een tijd geduurd voordat de naam amandel werd gecreëerd. Dit kwam doordat botanici er steeds nieuwe namen voor bedachten.
Ornamentale vorm
De amandelboom is te herkennen aan zijn sierlijke vorm. In uitzonderlijke gevallen kan de boom een hoogte van 12 meter bereiken. De bloem van de amandelboom bevat een grote hoeveelheid nectar en trekt daardoor veel insecten aan. Vooral bijen hebben het op deze boom gemunt en zorgen tegelijkertijd voor de bestuiving. De vruchten zitten elk jaar vroeg in de boom. Amandelen rijpen pas aan het eind van de zomer.
Voedingswaarde
Amandelen zijn beroemd vanwege hun antioxiderende werking. De amandel is rijk aan het antioxidant vitamine E. Antioxidanten, zoals vitamine E, kunnen een rol spelen bij het voorkomen van hart- en vaatziekten en kanker, en bij het vertragen van het verouderingsproces. Het magnesium in amandelen helpt de botten te versterken en speelt een rol bij verschillende enzymprocessen in ons lichaam. Amandelen zijn, zoals alle noten, rijk aan onverzadigde vetten.
Verder informatie over andere noten:
- Cashewnoten
- Pinda’s
- Hazelnoten
- Macadamianoten
- Paranoten
- Pecannoten
- Pistachenoten
- Walnoten