Ablatie is een behandeling die levertumoren vernietigt zonder ze te verwijderen. Deze technieken kunnen worden toegepast bij patiënten met enkele kleine tumoren en wanneer chirurgie geen goede optie is (vaak vanwege een slechte gezondheid of een verminderde leverfunctie). De kans dat de kanker hiermee wordt genezen is kleiner dan bij een operatie, maar voor sommige mensen kan het toch zeer nuttig zijn. Deze behandelingen worden soms ook toegepast bij patiënten die op een levertransplantatie wachten.
Ablatie wordt het best toegepast bij tumoren met een doorsnede van maximaal 3 cm (iets meer dan een centimeter). Voor iets grotere tumoren (1 tot 2 inch, of 3 tot 5 cm doorsnede) kan het worden gebruikt in combinatie met embolisatie. Omdat ablatie vaak een deel van het normale weefsel rond de tumor vernietigt, is het misschien geen goede keuze voor de behandeling van tumoren in de buurt van grote bloedvaten, het middenrif of grote galwegen.
Mensen die dit type behandeling krijgen, hoeven meestal niet in een ziekenhuis te blijven. Vaak kan ablatie zonder operatie worden uitgevoerd door een naald of sonde door de huid in de tumor te brengen. De naald of sonde wordt op zijn plaats geleid met een echografie of CT-scan. Soms echter, om er zeker van te zijn dat de behandeling op de juiste plaats is gericht, kan de ablatie in de operatiekamer worden uitgevoerd onder algehele anesthesie (u slaapt) en kan een incisie (snede) nodig zijn zoals die voor een gedeeltelijke hepatectomie.
Radiofrequente ablatie (RFA)
Radiofrequente ablatie is een van de meest gebruikelijke ablatiemethoden voor kleine tumoren. Hierbij wordt gebruik gemaakt van hoogenergetische radiogolven. De arts brengt een dunne, naaldachtige sonde via de huid in de tumor in. Vervolgens wordt een hoogfrequente stroom door het uiteinde van de sonde geleid, waardoor de tumor wordt verhit en de kankercellen worden vernietigd.
Microgolfablatie (MWA)
Microgolfablatie maakt gebruik van de energie van elektromagnetische golven om de tumor met behulp van een sonde te verhitten en te vernietigen.
Cryoablatie (cryotherapie)
Cryoablatie vernietigt een tumor door deze met behulp van een dunne metalen sonde te bevriezen. De sonde wordt in de tumor geleid en vervolgens worden zeer koude gassen door de sonde geleid om de tumor te bevriezen, waardoor de kankercellen afsterven.
Ethanol (alcohol) ablatie
Dit is ook bekend als percutane ethanolinjectie (PEI). Bij deze procedure wordt geconcentreerde alcohol rechtstreeks in de tumor geïnjecteerd om de kankercellen te beschadigen. Soms zijn meerdere behandelingen met alcoholablatie nodig.
Bijwerkingen van ablatietherapie
Mogelijke bijwerkingen na ablatietherapie zijn buikpijn, infectie in de lever, koorts en abnormale levertests. Ernstige complicaties komen zelden voor, maar zijn wel mogelijk.
Nieuwere ablatietechnieken bij leverkanker worden ook onderzocht.